13 mei 2007
In een schitterend exposé van 21 januari 2002 heeft Dr. Jack Wheeler, president van de Freedom Research Foundation, de wortels blootgelegd van het grote Westerse schuldgevoel - het autoracisme, zoals hij het noemt.
Voor een begrip van dit fenomeen neemt Wheeler ons mee naar het Amazone oerwoud. Daar hebben de vrouwen van de Yanomamo en andere stammen die diep in het regenwoud leven de gewoonte om zichzelf te beklagen als ze een kind gebaard hebben. In hartverscheurende lamentaties bewenen ze uit de lelijkheid van hun baby en vragen zich af waarom de goden haar vervloekt hebben met een dergelijk gedrocht. Zij doen dit om zich te beschermen tegen de zwarte magie van de Mal Ojo, het Duivelse Oog dat zich in jaloezie op haar kind zou richten wanneer ze zou tonen gelukkig te zijn met een mooie baby.
Antropologen hebben vastgesteld dat in de meeste primitieve en traditionele culturen het individuele leven beheerst wordt door angst voor de zwarte magie van anderen. Vooral het onverwachte en onverklaarbare wordt toegeschreven aan de zwarte magie van een dorpsgenoot. De primitieve mens wordt geplaagd door bijgeloof, hekserij, voodoo, goden, geesten en demonen, die allen kwaadaardig en gevaarlijk zijn. Maar ze zijn te vatten onder een noemer: afgunst.
Veel van die culturen kennen het concept van de natuurlijke dood niet. De Shuaro Jivaro, een stam waar Wheeler bij verbleef kennen slechts drie doodsoorzaken: gewone moord, demonmoord (bijvoorbeeld als gevolg van een slangenbeet) en magische moord. De laatste vorm omvat alle ziekteoorzaken waarvoor de Jivaros geen verklaring hebben. Maar net zoals vele andere volkeren beschouwen ze ziekten of onheil als het gevolg van de jaloerse magische ingreep van een persoonlijke vijand. Jaloersheid is de bron van het geloof in magie, van de angst voor het Duivelse Oog.
Antropologen hebben vastgesteld dat in de meeste primitieve en traditionele culturen het individuele leven beheerst wordt door angst voor de zwarte magie van anderen. Vooral het onverwachte en onverklaarbare wordt toegeschreven aan de zwarte magie van een dorpsgenoot. De primitieve mens wordt geplaagd door bijgeloof, hekserij, voodoo, goden, geesten en demonen, die allen kwaadaardig en gevaarlijk zijn. Maar ze zijn te vatten onder een noemer: afgunst.
Veel van die culturen kennen het concept van de natuurlijke dood niet. De Shuaro Jivaro, een stam waar Wheeler bij verbleef kennen slechts drie doodsoorzaken: gewone moord, demonmoord (bijvoorbeeld als gevolg van een slangenbeet) en magische moord. De laatste vorm omvat alle ziekteoorzaken waarvoor de Jivaros geen verklaring hebben. Maar net zoals vele andere volkeren beschouwen ze ziekten of onheil als het gevolg van de jaloerse magische ingreep van een persoonlijke vijand. Jaloersheid is de bron van het geloof in magie, van de angst voor het Duivelse Oog.
De grondreden voor de stilstand van deze culturen is de enorme invloed van jaloersheid en het vermijden daarvan, of, zoals antropologen het noemen, de afgunstbarrière. In Zambia worden succesvolle mannen als sinister, bovennatuurlijk en gevaarlijk afgeschilderd. In sommige Mexicaanse dorpen wordt het leven van alle dag beheerst door de angst voor de jaloezie van anderen. Leden van een Spaans getto in Colorado stellen succes gelijk met groepsverraad.
Het is de ultieme ironie van de moderne tijd dat linkse intellectuelen zichzelf de progressieve voorvechters van gesofistikeerd hedendaags denken wanen, terwijl in ze werkelijkheid het slachtoffer zijn van atavisme, van de regressie naar de primitieve, tribale mentaliteit. Wat links "uitbuiting" noemen is voor antropologen "zwarte magie".
Wheeler haalde deze vaststellingen uit het werk van socioloog Helmut Schoeck: "Envy: A Theory of Human Behavior". Schoeck vergelijkt de socialist die denkt dat hij beroofd wordt door de werkgever met de primitieve landbouwer die de mislukking van zijn oogst wijdt aan de zwarte magie van zijn buurman.
Het atavisme van het progressistische gezeur dat de rijken rijker en de armer armer worden, wordt het best geïllustreerd door te argumenteren dat iemand alleen gezond kan zijn ten koste van de gezondheid van anderen en dat men om kerngezond en blakend van energie door het leven te gaan, noodzakelijkerwijs de gezondheid van iemand anders schade moeten toebrengen. De pertinente onjuistheid van een dergelijke stelling is vergelijkbaar met de vaststelling dat men niet iemand arm moet maken om zelf rijker te worden.
De angst om benijd te worden
Inspelen op nijd en intimidatie van zij die er bang voor zijn is de weg naar de macht geweest van alle moderne demagogen, van Lenin tot Hitler, van Arafat tot bin Laden. De drie voornaamste politieke pathologieën van de 20ste eeuw waren allemaal nijdreligies: het nazisme, dat nijd jegens welvarende Joden verkondigde, het communisme, dat zijn pijlen richtte op de uitbuitende burgerklasse, en het moslimterrorisme, dat vooral afgunst voor het rijke, imperialistische Westen propageert. Afgunst zaaien is altijd de onderliggende strategie van links in alle genoemde varianten geweest. Ik wil er terloops op wijzen dat in lijn met de stellingen Wheeler ook ik met de beste wil van de wereld het nazisme of het fascisme niet in een rechts daglicht kan plaatsen. Dit wordt ten overvloede duidelijk wanneer je onwetend het partijprogramma van de NSDAP leest. Je zult met het grootste gemak er de hand van Lenin of Stalin in zien.
Hiermee zijn we bij de kern van het linkse suïcidale gedachtegoed beland: de afgunst. Het is de afgunst die iemand tot nazi, communist of terrorist maakt. Het is de angst om benijd te worden die de oorzaak is van het linkse schuldgevoel. Kijk maar naar kinderen van rijke ouders. De succesvolle zakenman krijgt nog een zeker respect voor zijn inspanning en voor het economische systeem dat het mogelijk heeft gemaakt. Zijn kinderen worden verteerd door schuldcomplexen en proberen dat te compenseren door een barmhartige en meevoelende houding aan te nemen.
Het linkse gedachtegoed is daarom geen politieke ideologie of overtuiging maar een afgunst afweermechanisme, een psychologische strategie om afgunst te vermijden.
Een van de bepalende eigenschappen van afgunst en de angst ervoor is masochisme. Afgunst is niet alleen de haat die men koestert tegenover iemand omdat die iets heeft wat jij niet hebt - het is ook de bereidheid om op masochistische wijze jezelf de kans te ontnemen om iets wat je begeert te bezitten zolang de persoon waar je jaloers op bent het ook niet heeft. En hoe meer iemand schrik heeft om benijd te worden, des te meer wordt hij gedreven naar de masochistische zelfvernedering in een poging de afgunst af te weren.
Het masochisme van de progressieveling
Het is niet zo moeilijk om het masochistische karakter van linkse standpunten aan te tonen. Neem bijvoorbeeld het idiote verzet tegen missile defence. Men kan een dergelijk verzet alleen maar verklaren wanneer men door de retoriek heen kijkt en vaststelt dat deze mensen niet willen dat hun land verdedigd wordt. De gestoordheid van de huidige klimaathysterie kan niet begrepen worden dan wanneer men beseft dat de masochisten die haar propageren niet willen dat hun beschaving wel vaart.
Het meest dodelijke aan afgunstverzoenend gedrag is het feit dat persoonlijke schuldgevoelens geprojecteerd worden op sociale of tribale collectiviteiten waartoe de progressist behoort en die deel uitmaken van zijn identiteit. Zelfverachting wordt getransformeerd in de verachting van de samenleving, de sekse, het ras of de beschaving waarvan men deel uitmaakt. Zoals de Amazone stamvrouw die beweert dat haar baby lelijk is, zoo ook beweert progressieve blanke man dat zijn geslacht, zijn ras, zijn land, zijn beschaving en zelfs zijn hele soort verwerpelijk is.
Afgunst verwerpen
De toekomst van onze economie, onze cultuur en onze beschaving hangt af van het tegengif voor de corrosieve sociale gifpillen die afgunst en afgunstverzoening zijn. Het tegengif werd voor het eerst geleverd door Aristoteles in de 4de eeuw voor onze tijdrekening. Het tegengif is wedijver. In de Retorica maakt Aristoteles een onderscheid tussen zelos, wedijver, een goede eigenschap, en phthonos, na-ijver, wat slecht is. Met zelos doen goede mensen een inspanning om voor zichzelf goede zaken te bekomen, terwijl de slechte mensen met phthonos proberen te verhinderen dat anderen ze verkrijgen. Hiertoe evoceert Aristoteles de dichter Hesiodus. "Er is niet één vorm van Eris (ijver), maar over de gehele wereld zijn er twee. De ene veroorzaakt oorlog en verderf en is wreed. De andere is de dochter van de donkere Nacht en zij is veel zachtaardiger voor de mens. Zij port de meest lusteloze mens tot zwoegen. Want een man wordt aangezet tot werken wanneer een rijk man zich haast te ploegen, te planten en het huis aan kant te krijgen. Zo wedijveren buren naar welvaart. Deze wedijver is heilzaam voor de mens."
Aristoteles besluit dat "aangezien phthonos afgekeurd moet worden omdat het erop uit is om anderen te schaden, moet zelos geloofd worden omdat het de mens aanzet om uitmuntendheid te bereiken op eigen merites."
De angst voor afgunst is diep in de menselijke psyche ingebed. Het kan een cultuur gedurende duizenden jaren verhinderen om te ontwikkelen. Alleen een jeugdige, bruisende cultuur kan het van zich afschudden. De weg naar cultureel verval ligt in de angst voor afgunst die vanuit de diepste diepten zich steeds weer opwerkt.
Afgunst verwerpen is de sleutel om de totale vernietiging van de westerse beschaving en haar enige kans om haar welvaart te behouden. Ik stel voor dat u ermee begint. De angst voor het Duivelse Oog is het enige dat het Duivelse Oog macht geeft. Zonder angst is het machteloos. Wanneer het Duivelse Oog zich tot u wendt en u vraagt om u voor uw bestaan te verontschuldigen, stuur het dan naar de dungeon en vraag om u erbuiten te laten.
* Het betreft hier een vrije en naar eigen goeddunken aangevulde en van amerikanisme gezuiverde vertaling.
Essay: http://members.cox.net/polincorr1/ew3.htm
Source: http://www.vrijspreker.nl
Sem comentários:
Enviar um comentário